top of page
ejbegemann

10 jaar liefde

Bijgewerkt op: 28 sep. 2023

“Weet je al wat je vanavond met eten gaat doen, eigenlijk? Je kan vast wel iets van dieetwensen opgeven, denk ik,” vraagt Jorden.


De zon staat laag boven de hoge beuken, maar is nog steeds warm. Jorden en ik liggen aan de rand van het zwembad, hij met een gin-tonic en ik met een spa rood. Ik verwacht dat het vijfgangendiner dat we vanavond op de planning hebben staan al lastig genoeg wordt, dus het lijkt me beter om het voor nu bij een drankje zonder koolhydraten te houden.


“Ja ik ga sowieso zeggen dat ik zwanger ben, dus dat ik geen rauw vlees enzo kan eten, maar dat lijkt me wel genoeg. Volgens mij zitten er in dit soort restaurants sowieso niet heel veel koolhydraten in het eten en ik maak het de kok wel erg lastig als ik én zwanger ben én geen koolhydraten op mijn bord wil,” antwoord ik.


“O ja, je zal hier vast geen friet met een schnitzel krijgen. Ik ga wel zeggen dat ik allergisch ben voor schaal en schelpdieren. Allergie kan ook gewoon zijn dat je het niet lust! Toch?”


“Nee, allergie is dat je er echt last van hebt, gek.” Ik knijp Jorden in zijn zij.


“Maar ik heb er echt last van! In mijn hoofd!”


Ik trek mijn wenkbrauw op.

“Niet? Oké, ik laat me wel gewoon verassen… Zullen we zwemmen?”

We lopen het water in en twee mensen aan de overkant van het zwembad kijken onopvallend naar mijn buik. Ze zeggen iets tegen elkaar.

“Denk je dat ze naar mijn sensor kijken?” vraag ik zachtjes aan Jorden.


“Misschien wel, de meeste andere mensen hebben zelf geen sensor. Dat is niet erg, toch?”

“Nee, ik ben wel blij met de sensor,” zeg ik terug en ik duik onder water.


Ergens maakt het me zelfs een soort van trots. Ik heb iets en toch ben ik hier op deze mooie zonnige dag op dit prachtige landgoed in het zwembad.



Het restaurant is gevuld met ronde tafels met wit tafellinnen en de stoelen met fluwelen bekleding en gouden knoppen die je zou kunnen verwachten in dit landhuis. Aan de tafel naast ons hoor ik twee stellen zachtjes klagen over de kledingkeuze van de man aan een andere tafel: hij heeft geen colbertje aan. Ik ben blij dat ik voor deze gelegenheid een mooi zwart jurkje aan heb getrokken.

Zodra de eerste gang op tafel komt scan ik alles wat op mijn bord ligt, terwijl de ober toelichting geeft. In de twee soorten zalm zitten vast geen koolhydraten en in de meloen zeker wel. De avocado weet ik niet zeker, maar ik denk dat er wel iets aan koolhydraten in zit. Als laatste noemt de ober mierikswortelijs. Ijs klinkt wel alsof er koolhydraten in zitten, maar omdat het een voorgerecht is vraag ik me af of het zoet is. Ik herinner me het verhaal over Harry Potter waarin ze de smekkies in alle smaken met mierikswortelsmaak heel vies vinden, dus ik schat in dat het ijs niet erg zoet is en weinig koolhydraten heeft. Ik pak mijn handtas van tafel en loop naar de WC's. De stellen naast ons zullen het wel onbeleefd vinden, maar het lijkt me nog onbeleefder om midden in een restaurant mijn jurkje omhoog te trekken, mijn zwangerschapspanty omlaag en vervolgens een naald in mijn buik te zetten.

Elke gang opnieuw maak ik mijn retourtje naar de toiletten. Het is niet heel praktisch, maar het eten is heerlijk en mijn bloedsuikers blijven best wel stabiel gedurende de hele avondvullende maaltijd.



“Gaat dat wel goed met je suiker, die chocolaatjes zo vlak voor het slapen?” vraagt Jorden.


We sluiten het diner af met thee en friandises bij de open haard.

“Misschien niet echt, hè? Maar ze zijn zo lekker,” antwoord ik.

“Anders gaan we zo nog even een rondje lopen in de rozentuin.”


Bij het hotel zit een prachtige siertuin, met achterin de rozentuin. De zon is inmiddels al lang onder, maar in het licht van de maan kunnen we nog precies genoeg zien om bij de rozentuin te komen. Jorden pakt mijn hand vast en voelt hoe koud hij is. Hij slaat zijn jasje om mijn schouders en legt zijn arm er overheen.

Opeens heeft hij een roos in zijn hand en gaat hij door zijn knieën. Hij opent een doosje en een ring komt tevoorschijn. In het steentje zie ik het glinsteren van de maan vijf keer.


“Lieve Pienie, wil je met me trouwen?”

“Niet!” roep ik, gevolgd door de correctie: “Ja. Ja! Natuurlijk!”


Ik trek hem overeind en kus hem en trek hem tegen me aan. Tranen stromen over mijn wangen. Natuurlijk wil ik met Jorden trouwen. Op de weg terug naar onze kamer dansen we langs de rand van het verlaten buitenzwembad.


Eline Begemann (Velp, 1989) heeft Technische Natuurkunde gestu­deerd in Groningen en daarna gewerkt als strategieconsultant en Chief of Staff. Op haar 28ste krijgt ze, terwijl ze zeven weken zwanger is, de diagnose diabetes type 1. Ze is auteur van het boek Een marathon lang prikken. In dit boek neemt ze je mee in haar reis van zwangerschap naar de 90 km lange Vasaloppet marathon op de langlaufskies, waarin diabetes een grote rol speelt. Het geeft daarmee een beeld van de nuance tussen aan de ene kant alle mooie dingen die mensen met diabetes ‘gewoon’ kunnen doen en aan de andere kant de worstelingen waar personen met diabetes mee te maken krijgen. Het boek wordt geprezen vanwege de herkenbaarheid voor mensen met diabetes en het inzicht wat het aan mensen in hun omgeving geeft op het gebied van de impact van diabetes. Een marathon lang prikken is beschikbaar via deze website en de meeste (online) boekhandels).




91 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


Post: Blog2 Post
bottom of page